Hassan Mosleyani
 





Farsi


VAAGSCHEMERING
Gisteravond voortgang op schouders dragen.
Van ver heuvels duidelijk geworden, met verschillende kleuren
en van her en der.
Vlakte effen en ruimtelijk; vullende kleur van lavendel in een ogenblik.
Bij heuveltje liggen, wist niet meer.
Hoe kortstondig voorbij, toen zelf gezien dat staand en met een bandbreedte kwast met
veel haren waar lijnolie van drupt.
En met andere hand groot een spatel: een kluit verf onder een oude bazaar met tinnen
bogen, die donkerte in diepe nissen gooien en iets, een ding niet zozeer in zwartheid gezien.
Binnen in licht en schaduw staan groepen verspreid.
Of een ander in hurkzit: tegenovergesteld een deur halfopen.
Winkel naar buiten.
Van boogzon gegoten iemand met twee krukken gekreukeld en gebogenachtig tussen mist. Vermist.
Nog weten dat gezicht; naar gele gelaatskleur en lichamen. Verdamping, een van die mensen naakt
overdekt met ZWARTPOEDER en in midden ophoping van houtskoolstof binnen winkel.
Staan in lichaam vanzelf met was inwrijven.
Golvenzee vanachter ijzeren  staven van ramen gehoord.
Alsof een van hen mij herkent; moker en aambeeld bevrijd.
Kwam omhoog met lange passen vooruit en zei: o, die ben jij,
goed goed gegroet.
Amsterdam, 2003



DROMENDE TUIN
Stukje gescheurde blauwe hemel onder tak en bladen, rond gouden limoen opgehangen binnen vijverhoek bij tuintje
Zijde over vochtloze grond; mieren gaan in.
Er komen dingen spriet van hooi of lijk gedroogd van kakkerlak en krekels van schouder tot schouder.
Vouwnaad van stenen fossiel: een voor een in de donkerheid van de aarde verdwenen.
Figuren vaag snikheet op lange muur; krijtheid en salpeter binnen licht en schaduwen: vlekken in ruimte vrijelijk
gemengd door elkaar.
Vlinders, tuintje en klimplanten hangend in de lucht.
Vertrokken en boven achter hoge daken meetkundige vormen, beetje bij beetje onzichtbaar geworden.
Wind gebracht : sporen van kleur, kleurstoffen vleugels
Amsterdam, 2008



TUREND
Bij zijden vijver staan bij maan, die voorbeeld kristallen spiegel rond en bolvormig oppervlakte staren staren naar zelf gezicht, onbeweeglijk, iets in herinnering en zo meteen andersom deze kant en ander kant een blik werpen op ieder kant van her en der of van alle kanten verzadigd worden van vlek vlek groot en niet ritmisch en gezwollen van onduidelijk beelden ogenblik uitgesteld en hoofd teruggeven en gezicht zelf dicht bij brengen.
Maar maan glazig breek breek in gezicht gebroken en stuk voor stuk zeer klein kristallijn fijngehakt verspreid tussen luchtbel uiteenvallen.
Amsterdam, 2007



METGEZEL
Weg gegeven blauw tot half lichtgevend herfstgezicht regenen arceren ook zeer klein motregen spel hebben licht oranje lamp straat in buiging water helder waterplas glans sprankele koperen blad zwereven doortrekken wind splinter zij zijden tegel rustig en kalm grijs
gekomen voetstap voetstap
nat met elkaar
met beelden
en woord
Amsterdam, 2007



SCHADUWDISLICHT
Op dit moment binnen water en in diepte schaduwen ondersteboven, groen kleur en boomstammen.
Schitterend, dat spiraalvormig kruipen en voulichten, opgesneden achter zachte golven, netachtig in donkerheid
van donkerblauw; die trilling trillend in romp van watr, verloren zijn wat bezichtigd is geweest.
Beetje bij beetje in einder achter begroeide bomen binnen;ichten en schadow langzamerhand verdwenen.
Deze kant jonge jeugd voet slepend over asfalt. Met vallen opstaan standbeeld, vanzelf met moeilijkheid samengetrokken en voortdurend armen in de lucht gevlogen en hoofd naar beneden, draaiwiek geraaid en van tijd tot tijd bij hoeken zich werpend en in ruimte wijd geworden, en opnieuw met bochtig lichaam vanzelf opgeheven en weggedragen en doorgegaan.
Overkant vergelijkt jonge vrouw met rolkoffer op tegels met regenkleur die onkruid van vouwnaden uitgekomen flaneert en wegloopt.
Zeemeeuwen van ver weg in diepte van hemelblauw: witheid van veren onder stranlenzon stralend.
Boven binnen gang richting linker, precies plaatselijk, dat kanaalwater rustig en stil, midden half appartement op aantal van pilaren steunt: dikte van beton en van onder in een hoek soortgelijk bijzonder zigzag zien.
Duidelijk niet met iets druk bezig zijn.
Amsterdam, 2006



Geur van dennenappels
Mijn geheugen gescheurd geword tussen dat gewicht en dit gewicht, was Youpi schrikt waker word kijkt om zich heen iets trekt zijn ogen hij blijft er naar kijken blaft achtereenvolgens drie keer, Pudji met snotterig gesnuif draait om zich zelf
zwar strom van buiten losscheuren lucht en oornacht doof gemaakt van elk zijde rukwinden boosachtig op bosmasten zweepachtig galopperen in elk opzicht dennenkegels verstrooid bij met ruimte hemel word helder wolkloos
Schreeuwen van ganzen misschien zij verhuizing
Juist op deze dag Marijke zeg ganzen trekken met veel lawaai maakt mijn ogen nat want me herinneren aan wereld kinderjaren toen langs Vierhouten bij vader Han en Ada tantes vlak voor Tweede Wereld Oorlog
Volle maan helemaal rond lichtgeven zwemmen ruiter op ven woelig gescheurd gesneden licht midden in donker water gedragen
bos uil vannacht stilte eergisterenavond tussen halte hamer en beitel op naaktsteen
mijn ogen aan foto Sakineh* droevig zingen andere kant va grove dennenbos gehoord
nu aantijde geworden
ketel stomend en kokende gekookt
ruimte vol geur van dennenappels
tijd aangekomen
wat een mooi kleur van verfstof gegeven
met gezegd Margreet oerkleur
nu net touwen bregen
morgenavond stukje meegenomen bij Marijke en Dick om te laten zien.
Vierhouten, 2014


* Sakineh is de voornaam van Hassans moeder



Top